(English translation will follow soon)

Rywka Bielic-Charmac werd op 3 maart 1929 te Vilna in Polen geboren. Vader Bielic had uit een vorig huwelijk reeds drie zonen en twee dochters, maar kon met zijn bakkerij goed in het onderhoud van allen voorzien. Zes jaar later kreeg Rywka er nog een broertje bij. In oktober 1939 kwam Vilna in eerste instantie onder Russisch bewind; pas toen de Duitsers in de zomer van 1941 het gebied binnentrokken, veranderde het leven van Rywka drastisch. De Bielics werden naar het ghetto van Vilna afgevoerd. Een oudere broer en zus waren toen al gevlucht, maar van hen is nooit meer iets vernomen. In de twee jaar dat Rywka in het ghetto verbleef, verloor ze steeds meer familieleden, onder wie haar broertje. Haar vader werkte op het vliegveld. Toen het bevel kwam om alle werknemers en hun familie op te pakken, vluchtte hij, om vervolgens na de razzia terug te keren naar het ghetto. De veertienjarige Rywka en haar moeder werden echter opgepakt en afgevoerd naar Estonia, waar ze in verschillende werkkampen terechtkwamen.
Rywka, die zich ouder voordeed, werkte bijna een jaar in de steen- en koolgroeven; ook moest ze helpen bij de aanleg van treinrails. In een van de werkkampen ontmoette ze voor de eerste keer haar toekomstige man Shlomo. In de zomer van 1944 kwamen moeder en dochter Bielic terecht in het vernietigingskamp Stutthof in Polen. In januari 1945 begonnen de Duitsers met de evacuatie van Stutthof, terwijl het kamp gebombardeerd werd door de geallieerden. Rywka en haar moeder werden bij de Baltische Zee op boten geladen. Vele dagen dreven ze doelloos rond, terwijl geallieerde jagers continu naar prooien zochten. Vlakbij Hamburg lukte het Rywka en haar moeder aan land te gaan om eten te zoeken. Vanaf het strand zagen zij toen hoe hun schip werd getroffen en zonk. Op 3 mei 1945 waren ze eindelijk vrij.
Rywka en haar moeder kwamen terecht in Neustadt-in-Holstein en werden daar in een Displaced Persons-camp* opgevangen door de Joint*, die zich over hen ontfermde. Hier ontmoette Rywka haar toekomstige man voor de tweede keer. Hij had de oorlog met zijn vader overleefd. Omdat stelletjes een betere kans op toelating tot Palestina hadden, besloten ze om maar gelijk te trouwen. Rywka was toen zestien jaar oud. Een jaar later, op 17 november 1946, werd haar zoon Tzvika geboren. Van Rywka's familie was er, met uitzondering van haar moeder, niemand teruggekeerd uit de vernietigingsmolen van de nazi's. In mei 1947 arriveerden Rywka en haar moeder, Shlomo en zijn vader en de halfjaar oude Tzvika in Palestina. Ze vestigden zich in Jeruzalem. Nog twee dochters kwamen ter wereld. Rywka, die sinds 1 januari 1995 weduwe is, woont nog steeds in Jeruzalem, vlak bij haar kinderen. Ze heeft momenteel zes kleinkinderen.

Tzvika Remetz (hij veranderde zijn naam van Charmac in Remetz) werd op 17 november 1946 geboren in een Displaced Persons-camp* in Neustadt-in-Holstein, Duitsland. Als baby van zes maanden kwam hij met zijn ouders naar Palestina. In Jeruzalem, waar hij opgroeide, kreeg hij nog twee zusjes, respectievelijk vier en vijftien jaar jonger. Op vijftienjarige leeftijd verliet Tzvika het ouderlijk huis en begon aan zijn internaatstudie aan de middelbare landbouwschool in Kfar HaYarok. Op zeventienjarige leeftijd volgde hij alvast het eerste jaar op de kunstacademie Bezalel, om vervolgens zijn diensttijd bij de artillerie te beginnen. Al snel onderkende men daar Tzvika's tekentalent. Hij kreeg een baan op een grafische afdeling met zes soldaten onder zich. Na zijn diensttijd ontmoette hij zijn huidige vrouw Anat, toen hij voor een half jaar als avonddocent begon te werken op de school waar zij les gaf. Ze trouwden in december 1969. Na zijn afstuderen opende hij op vierentwintigjarige leeftijd zijn eigen grafische studio, waar hij met huwelijkskaarten op maat een succesvol bedrijf van maakte. In 1971 kreeg het jonge stel een zoon en twee jaar later, tijdens de Yom Kippoer-oorlog, een dochter. Ten tijde van haar geboorte was Tzvika voor een half jaar in de Sinaï gelegerd. Het succesvolle bedrijfje ging tijdens zijn lange afwezigheid failliet, maar Tzvika maakte na terugkomst een nieuwe start. In 1981 kregen de Remetzen nog een dochter. Tzvika's nieuwe grafische ontwerpstudio, Kavgraph, draait inmiddels al bijna twintig jaar. Samen met zijn zeven werknemers voert hij o.a. opdrachten uit voor Yad Vashem*, de Joint* en Keren Kayemet*. Sinds 1994 woont het gezin Remetz in Malcha, een nieuwbouwwijk van Jeruzalem.

[Uit: ‘Kinderen van de Hoop’, 1998]

 

Update 2013:

Rywka woont nog steeds in Jeruzalem. Ze is momenteel gezegend met acht kleinkinderen en negen achterkleinkinderen.

Tzvika (z”l) 17/11/1946 – 9/10/2004. Tzvika overleed op 57-jarige leeftijd aan een hartaanval.Tzvika zou nu opa zijn geweest van vijf kleinkinderen.

 

 

* Displaced Persons-camp: vluchtelingenkamp [uit: ‘Kinderen van de Hoop’, 1998].

* Joint: ‘American Jewish Joint Distribution Committee’, opgericht op 27 november 1914       
  als het Joint Distribution Committee of American Funds for the Relief of Jewish War 
  Sufferers’, een comité dat Joodse oorlogsslachtoffers ondersteunt [uit: ‘Kinderen van
  de Hoop’, 1998].

*Yad Vashem: het nationale Holocaust-monument in Jeruzalem [uit: ‘Kinderen van de
  Hoop’, 1998].

* Keren Kayemet (Jewish National Fund): fonds ter verwerving van grond in Israël [uit:
  ‘Kinderen van de Hoop’, 1998].


         BACK TO OVERVIEW